De windvlaag des doods: de Spaanse griep

Het nieuws spreekt momenteel van weinig anders dan het coronavirus, ofwel Covid-19. De meeste mensen hebben nog nooit een situatie meegemaakt waarbij het dagelijkse leven dermate ontregeld is als op dit moment. Maar is zo’n pandemie nieuw? Nee hoor, we lezen al sinds de 13e eeuw over influenza epidemiën en allerlei besmettelijke ziekten. Zo’n honderd jaar geleden was men in de ban van de Spaanse griep. Ook al zijn onze leefomstandigheden vergeleken met honderd of tweehonderd jaar geleden heel anders, toch blijft een epidemie of pandemie ons raken als geen ander. De Spaanse griep liet net als de huidige pandemie haar sporen achter.

De Eerste Wereldoorlog

We gaan terug naar 1918, de Eerste Wereldoorlog woedt al vanaf 1914 en dat maakt dat mensen niet op hun best zijn. Er is voedselschaarste en mensen zijn ondervoed, soldaten leven dicht op elkaar, de oorlog zorgt voor gewonden en de medische diensten staan overal onder druk. Hoewel Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog neutraal is, speelt ons land wel een belangrijke rol in de opvang van vluchtelingen. Zo vangt Nederland veel Belgen op.

De eerste tekenen

We horen voor het eerst de naam ‘Spaanse griep' in de meimaand van 1918. De Spaanse koning Alfonso XIII en zijn ministers zijn geveld door een geheimzinnige ziekte die zich snel verspreid. De Spaanse media komt als eerste met berichten over een griepgolf waaraan mensen sterven, maar is deze griep wel ontstaan in Spanje?

Tijdens de oorlog werden Amerikaanse troepen naar Europa gezonden, zij moeten een ‘griepje' onder de leden hebben gehad. Soldaten leefden dicht op elkaar in onhygiënische loopgraven en volle kazernes en kwamen in aanraking met troepen van andere afkomst. De soldaten waren uitgeput en hadden niet voldoende te eten en vielen zo makkelijk ten prooi aan het virus. Het virus wist zich makkelijk te verspreiden onder de verschillende legerkorpsen, de Britten, Fransen en uiteindelijk ook de Duitsers. Op het moment dat de Spaanse koning werd getroffen door de griep, waren er al veel meer zieken, maar dat waren voornamelijk soldaten. Er was echter sprake van militaire censuur in de oorlogvoerende landen (om de moreel van het leger en de bevolking niet te ondermijnen) en zo bereikten berichten over deze ziekte onder soldaten de media niet meteen.


 Artikel van 8 juli 1918 waarin wordt aangegeven dat de Spaanse griep de Nederlandse grenzen nadert. Artikel van 8 juli 1918 waarin wordt aangegeven dat de Spaanse griep de Nederlandse grenzen nadert.

De Spaanse griep in Stad en Ommelande

Waar het coronavirus eerst in het zuiden van ons land opdook, was dat bij de Spaanse griep heel anders. Op 11 juli 1918 horen we het eerste bericht dat ook Nederland getroffen is. De ziekte is opgedoken in het Engelse Kamp in de stad Groningen. Een aantal dagen later worden al 300 gevallen gemeld, maar de krantenkoppen zeggen dat alles onder controle is. Maar is dat wel zo?


  Advertentie van 15 juli 1918 over verzekering vanwege de Spaanse griep. Advertentie van 15 juli 1918 over verzekering vanwege de Spaanse griep.

Niet zomaar een griep

De Spaanse griep was niet zomaar een griepje. De meeste ziekten die eerder woedden, waren vooral ernstig bij kleine kinderen en bejaarden, maar deze griep trof voornamelijk kinderen en jongvolwassenen. Natuurlijk was ieders weerstand vanwege de oorlog minder, maar toch waren het juist de jonge mensen die getroffen werden. Het bleef daarnaast bij deze griep niet bij de standaard griepverschijnselen, maar vaak kwam er een longontsteking bovenop waaraan de menen bij bosjes stierven.
Gek was het bovendien dat de uitbraak in Nederland middenin de zomer was, een tijd waarin normaal gesproken de griep weinig voet aan de grond krijgt.


 Advertentie van 5 augustus 1918 voor kruiden en pillen tegen de Spaanse griep. Advertentie van 5 augustus 1918 voor kruiden en pillen tegen de Spaanse griep.

Huisarts Woudstra uit Siddeburen

Eind 1918 hadden alle artsen het verschrikkelijk druk. In de herfst van dat jaar was een tweede griepgolf ontstaan die bleef huishouden en ook huisarts Hans Jan Woudstra uit Siddeburen was dag en nacht in touw. Thuis had hij zijn vrouw Petronella en twee jonge kinderen, een zoontje Piet (8 maart 1914) en een dochtertje Anna (21 juli 1918). Woudstra was amateurfotograaf en legde veel van zijn leven vast.

Daar waar veel armoede heerste en de hygiëne slecht was vielen de meeste slachtoffers. In Oost-Groningen was dit vaak ook het geval en zo stierven soms in een klap hele families aan de Spaanse griep. Ook in Siddeburen sloeg de griep toe onder de patiënten van dokter Woudstra. In een rijtuig of bootje (omgeving Schildmeer) ging huisarts Woudstra langs zijn patiënten.

Hij zal als huisarts zijnde vast de nodige maatregelen hebben getroffen om zijn gezin te beschermen voor de Spaanse griep, maar ook binnen het gezin sloeg het noodlot toe, beide kinderen werden besmet. Eerst werd baby Anna getroffen. Zij werd nog opgenomen in het ziekenhuis, maar het was al te laat. Ook grote broer Piet werd ziek, ook bij hem ging het mis. Anna stierf op 9 december, zes dagen later stierf ook haar broertje Piet. Voor beide vinden we op de begraafplaats van Siddeburen nog een grafmonument. Uiteindelijk vertrok het echtpaar Woudstra uit Siddeburen, omdat ze vanuit hun huis altijd uitkeken op het graf van hun kinderen, dit was voor hen niet vol te houden. Uiteindelijk kregen ze in 1920 nog een dochter.

Tientallen miljoenen doden

Hoeveel doden er uiteindelijk zijn gevallen als gevolg van de Spaanse griep is lastig te zeggen. Geschat wordt dat het aantal ergens tussen de 20 en 100 miljoen moet liggen. In ons land lag dit aantal rond de 30.000. Ter vergelijking, de Eerste Wereldoorlog eiste ongeveer 17 miljoen en de Tweede Wereldoorlog rond de 60 miljoen levens.

De Spaanse griep verliep in drie golven. De eerste ontstond in het voorjaar van 1918, de tweede in het najaar van dat jaar. In 1920 ontstond er nog een derde golf, die naar verhouding minder slachtoffers had.

In maart 1920 viel het laatste slachtoffer van de pandemie. Maar was de ziekte toen meteen verdwenen? Het lijkt er niet op, want als we de kranten erop nalopen, komen we bijvoorbeeld twee jaar later, in 1922, nog een kort berichtje tegen over veel gevallen van de Spaanse griep in Zevenaar, maar de ernst hiervan is wel minder dan een aantal jaren daarvoor.


  Advertentie uit 1922 waarin wordt genoemd dat er nog altijd gevallen van de Spaanse griep zijn. Advertentie uit 1922 waarin wordt genoemd dat er nog altijd gevallen van de Spaanse griep zijn.

Na de Spaanse griep, was de wereldbevolking enerzijds gezonder, maar anderzijds juist verzwakt. Er bleef een gezonde groep mensen over, die zich in een hoger tempo kon voortplanten, maar veel overlevenden hielden psychische klachten over, zoals depressie en schizofrenie. Ook kinderen die de Spaanse griep hadden doorstaan in de baarmoeder, kregen later meer gezondheidsproblemen.

Het vertrouwen in de medische wetenschap was bij veel mensen verdwenen en alternatieve genezers en kwakzalvers waren plotseling erg populair. Anderen zagen de pandemie als een straf van God. Had het een reden dat bepaalde bevolkingsgroepen harder werden getroffen? Eugenetica, de leer van rasverbetering, trok ineens veel geïnteresseerden, maar ook de wetenschap ontwikkelde zich. In 1928 werd de penicilline ontdekt als medicijn tegen bacteriële infecties en ook griepvaccins kwamen uiteindelijk op de markt.

De Spaanse griep en het coronavirus (Covid-19): overeenkomsten en verschillen

Vaak wordt het huidige coronavirus vergeleken met de Spaanse griep, maar in hoeverre lijken deze twee virussen op elkaar?

De oorsprong

De Spaanse griep had net als andere virussen van de laatste tijd, zoals sars, ebola en corona een dierlijke oorsprong. Het feit dat ook de mens deze virussen kan oppikken laat zien dat ook wij onderdeel zijn van de dierenwereld.

De omstandigheden

Er lijken toch duidelijke verschillen te zijn tussen de twee virussen. Kijk eerst eens naar de omstandigheden. Naast dat er een oorlog woede, waren de gezondheidszorg en daarmee de medische middelen, onvergelijkbaar met die van nu. Er was geen wetenschappelijke kennis over virussen, er waren nog geen griepvaccins en antibiotica. Virusinfecties gingen destijds vaak ook nog gepaard met bacteriële infecties. Toen de oorlog voorbij was verspreidden de naar huisgaande soldaten het virus eenvoudig naar andere landen, waar men er weinig tot niets aan kon doen.

Genetische veranderingen

Het influenzavirus kan in korte tijd veel meer genetische veranderingen ondergaan dan het coronavirus. Coronavirussen muteren ook, maar wisselen daarmee geen erfelijk
materiaal uit waarmee ze gevaarlijker kunnen worden.

De dood

De Spaanse griep zorgde vaak voor een snelle en ellendige dood. Veel patiënten stierven binnen 24 uur nadat ze de eerste symptomen ontwikkelden. De ene dag voelde je je prima, de volgende dag lag je dood in bed. Het was alsof je verdronk. Het virus taste meteen de longen aan, door de infectie raakten de longblaasjes lek en gingen de longen lekken waardoor er bloed in de longen liep. Je kreeg geen zuurstof en stikte uiteindelijk.

Slachtoffers

Bij de coronapandemie zijn het met name ouderen en mensen die verzwakt zijn door andere ziekten die overlijden. Bij de Spaanse griep was dat heel anders. Opvallend veel jonge mensen tussen de 15 en 30 jaar overleefden de ziekte niet. Vermoed wordt dat juist deze categorie mensen geen immuniteit tegen het virus had opgebouwd. Ouderen hadden waarschijnlijk al eerder contact gehad met andere influenzavirussen en hadden zo een betere weerstand.

Sterftepercentage

Momenteel wijst nog niets erop dat het coronavirus net zo dodelijk zal zijn als de Spaanse griep. 1 tot 5 procent van de wereldbevolking stierf aan de Spaanse griep, bij corona ligt dat aantal op enkele procenten van het aantal besmette personen.

De Spaanse griep doofde zo’n twee jaar nadat het de kop op stook vanzelf uit toen er immuniteit onder de bevolking was ontstaan. Toen het in de jaren negentig werd teruggevonden in longweefsel van ingevroren lijken in het ijs van Alaska kon de genetische code van het virus gekraakt worden. In 2005 werd het virus door Amerikaanse wetenschappers weer tot leven gewekt en geïdentificeerd als influenza A, subtype H1N1. Ze gebruikten het virus voor onderzoek. Dieren die besmet werden stierven op dezelfde manier als mensen destijds. Het virus leeft nog altijd voort, maar in een zwaar bewaakt biologisch laboratorium.

Andere epidemieën

In de loop der tijd doken er meerdere besmettelijke ziekten op in Midden-Groningen, zoals de pest en cholera. Hierover kunt u meer lezen in het artikel over besmettelijke ziekten.

 

Publicatiedatum: 26 mei 2020
Auteur: Rachel Hiemstra

Bronnen: