Zeilen op het Schildmeer

Het ontstaan van het Schildmeer

Er zijn verschillende theorieën over het ontstaan van het Schildmeer. Het Schildmeer maakt deel uit van het overgangsgebied tussen de glaciale zandruggen en de noordelijke zeekleigebieden. Het meer kan een natuurlijke laagte in het hoogveen zijn (een meerstal), maar kan ook zijn ontstaan als gevolg van natte vervening met golf-erosie.

In de loop der tijd wordt vanaf de zesde eeuw na Christus eerst het zeekleigebied en later vanaf de negende eeuw na Christus het hoogveengebied ontgonnen. Als gevolg van de veenontginning daalt de bodem van de omgeving van het Schildmeer. Vanaf de Middeleeuwen noemt men dit gebied het ‘Lage Land'. Om droge voeten te houden legde men daarom afwateringskanalen en dijken aan, die je nog altijd terugziet in het landschap.

Ooit was het Schildmeer onderdeel van een rijkelijk bebost, groot merengebied, het Woldjermeer. Het nu L-vormige meer heeft een oppervlakte van ongeveer 301 hectare en is het hart van het waterschap Duurswold.

Steendam

Steendam ontstaat in de eerste helft van de negentiende eeuw als agrarische nederzetting. Het is dan een klein gehucht dat genoemd wordt naar een stenen dam in de weg van Siddeburen naar Appingedam. Bij de dam stond een poldermolen die water uitsloeg op het Schildmeer. Destijds was de dam een markant punt langs de Damsterweg door haar directe ligging aan het Schildmeer. Zuidelijk van de dam werd in de tweede helft van de negentiende eeuw het afwateringskanaal van Duurswold aangelegd. Ook werden er wat huizen gebouwd, en bij de klapbrug opende een schipperskroeg. Door het nieuwe afwateringskanaal werd er bij de dam echter geen water meer uitgeslagen, waardoor de oever bij de dam verlandde.

Kleischipper races

Hoewel niet officieel bestond de zeilsport eigenlijk al eerder dan de eerste officiële wedstrijd werd gehouden. In de negentiende eeuw moesten kleischippers, die wierdegrond vervoerden, met slecht weer vaak wachten in de Groeve, Steendam en achter in ’t Schild. Als de lucht weer klaarde hielden ze dan een (onofficieel) wedstrijdje wie er als eerste aan de overkant was.

Van eerste zeilwedstrijd tot watersportcentrum

Rond 1900 ontwikkelde de zeilsport zich in Steendam. Dit was grotendeels te danken aan de zoon van de kroegbaas van Café Kok (de kroeg bij de brug), Barteld van Heuveln. In 1897, op Hemelvaartsdag, organiseerde hij met kennissen de eerste officiële zeilwedstrijd op het Schildmeer. Uiteindelijk werd deze wedstrijd een terugkerend evenement dat elk jaar gehouden werd.

In de jaren twintig van de twintigste eeuw werd de watersport steeds belangrijker in Steendam, het dorp werd steeds meer een echt watersportcentrum. Naast de wedstrijden werd er ook veel recreatief gezeild. Er werden nieuwe bedrijven gesticht, zoals het botenverhuurbedrijf (1925) van J. Hinrichs, die twee jaar later zijn huis omtoverde tot café. Ook Jans Lintjer zag wel iets in het caféleven. In 1928 bouwde hij De Keet, een nieuwe horecavoorziening tegenover Café Kok. Aan de oever van het meer vlakbij De Keet ontstond een echt strandbad (1922), met paviljoen en hokjes om je om te kleden.


 Krantenartikel uit 1922 over de opening van het strandbad.   Krantenartikel uit 1935, er ontstaan steeds meer bedrijven en recreatievoorzieningen. Afbeelding 1: Krantenartikel uit 1922 over de opening van het strandbad.
 Afbeelding 2: Krantenartikel uit 1935, er ontstaan steeds meer bedrijven en recreatievoorzieningen.

Van één naar twee zeilverenigingen

Vanzelfsprekend ontstaat er in Steendam een zeilvereniging. Johan Hinrichs (zoon van de eerder genoemde J. Hinrichs) is van 1930 tot en met 1936 lid van deze Zeilvereniging Steendam. Tijdens de zomerse maanden organiseert de club een aantal wedstrijden, waarin men tegen elkaar vaart in allerlei verschillende zeilbootjes, zoals larken en BM-ers.

In 1936 zijn er een aantal leden die het varen op handicap niet meer zo zien zitten. Ze willen eenheidsklassen doorvoeren, wat inhoudt dat alleen vrijwel gelijke boten tegen elkaar varen. Het bestuur voelt weinig voor dit idee, wat ertoe leidt dat een aantal leden een eigen vereniging oprichten. Zo ontstaat de ‘Zeilvereniging ’t Olle Schild'. Jan Arkema wordt voorzitter en ook Johan Hinrichs sluit zich aan.

Zeilwedstrijden in vroegere tijden

Wanneer de eerste zeilwedstrijden worden gehouden zijn regels nog niet zo ingeburgerd. Het gaat voor de zeilers om het meedoen en snelheid. Of je dat nou deed in een geleende boot of met een incomplete inventaris maakte de zeilers niet zoveel uit. Er werd destijds gestart vanaf een lang touw dat was vastgemaakt tussen een punt op de wal en een stok ver in het meer gestoken. Voor het startschot zitten de boten hieraan vastgeknoopt. Als de scheepstoeter klinkt maakt iedereen zich los en start de race. Banen en boeien zijn er nog niet. Stokken worden gebruikt als merktekens en er wordt gewoon in een soort driehoek gezeild.

De fusie

Op 12 mei 1942 fuseren de Zeilvereniging Steendam en ’t Olle Schild tot ZVOSS: Zeilvereniging ’t Olle Schild-Steendam. Beide verenigingen waren er door de oorlog namelijk niet groter op geworden. Drie jaar later werd Steendam bevrijd door de Polen. Het omliggende gebied was destijds grotendeels onder water gezet.

De Schildweek

In 1945 wordt de eerste Schildweek georganiseerd, een jaarlijks terugkerend zeilevenement. De zeilweek gaat ieder jaar gepaard met allerlei festiviteiten die in het dorp plaatsvinden, zoals bij Het Kraaiennest, Het Strandpaviljoen, De Keet en Café Puister. Bij laatstgenoemde stond ook de kermis opgesteld. Het was een lokaal evenement en de prijsuitreiking vond plaats in Het Kraaiennest.


 Gebouw De Keet links en rechts het schildmeer met bootjes in het water. De Keet

Bij de eerste wedstrijden is het aantal deelnemers nog klein. Gestaag groeide dit aantal tot zo hoog dat er in de jaren tachtig ineens u een deelnemersstop nodig was. Het was een hele happening en de campings stonden vol. Uiteindelijk nam het aantal deelnemers langzaam weer af, gelijk met de landelijke trend. Het verdwijnen van de campings versterkte deze afname. In 1995 waren er nog maar 58 deelnemers, een dieptepunt. Gelukkig zit dit aantal de laatste tijd weer in de lift met rond de 150 deelnemers per jaar.

Steendam als recreatieoord

Vanaf de jaren vijftig van de vorige eeuw wordt in Steendam sterk ingezet op de ontwikkeling tot grootschalig recreatieoord voor de omgeving. In 1961 leidt dit tot een groot ontwikkelingsplan ontworpen door ingenieur Roorda van Eysinga, waarin onder andere wordt gesproken over uitbreiding van het strandbad, een groot kampeerterrein van negen hectare, zestig hectare boslandschap langs de oevers van het meer, een twaalf kilometer lang fietspad om het meer, aanlegsteigers, havens en parkeergelegenheid. Kosten: vijf miljoen gulden. Er wordt flink uitgepakt, zo wordt het strandbad vergroot en een instructiebad aangelegd. Ook de eerste camping wordt opgericht en verschillende plekken aan de oevers van het meer worden ontsloten.


 Zomerhuisje in de natuur aan het Schildmeer. Het huisje staat hoger op poten en kijkt uit over het meer. Zomerhuisje aan het Schildmeer.

 De activiteiten rondom het wedstrijdzeilen waren inmiddels (vanaf ongeveer 1957) verhuisd naar café Hinrichs. Tijdens de Schildweek maakten de zeilers gebruik van de camping, maar ook van het terrein van Hinrichs, waar ze met hun tenten en caravans verbleven. Had je geen tent of caravan, dan kon je terecht in de botenloodsen waar je op strobalen de nacht door kon brengen. In café Hinrichs (later de Koperen Scheepshoorn) werd menig feestje gevierd. In 1965 wordt horecavoorziening De Keet (nu de Rietkraag) gebouwd. Jaarlijks trekt het strandbad zo'n 60.000 bezoekers.


 Café Hinrichs, later de Koperen Scheepshoorn. Op de voorgrond een busje. Pand is gesloopt.   Café Hinrichs Café Hinrichs, later de Koperen Scheepshoorn. Pand is gesloopt. 

Een eigen clubhuis

Het recreatiegebied groeide sterk in de laatste decennia van de vorige eeuw. Er ontstaat behoefte aan een eigen onderkomen en de zeilvereniging verplaatste zich van het dorp naar de oever van het meer. In maart 1971 begon men daarom met de bouw van een eigen clubhuis, Boei 12. Bijna alles voor het clubhuis werd in eigen beheer gemaakt, de leden waren er druk mee. Inmiddels was er ook een nieuwe camping (’t Olle Schild) geopend en werd er een jachthaven aangelegd.

Halverwege de jaren tachtig verandert er van alles. Het gebouw wordt ondergebracht in de Stichting Boei 12. De stichting verhuurt het restaurantgedeelte en de zeilvereniging had de beschikking over een bestuurskamer ‘onder de trap' en een werkplaats. Ook wat recreatie betreft verandert er wat. Eind jaren tachtig, begin jaren negentig verschuift de aandacht van de campings naar recreatiewoningen. Helaas viel de interesse tegen en kwam dit plan niet geheel van de grond.

In 1996 wordt gestart met de verbouwing van de werkplaats van Boei 12. Vrijwilligers verbouwen deze ruimte tot een vergader- en inforuimte, bovendien worden er sanitair en een bescheiden werkplaats aangelegd. Elf jaar later, in 2007, volgt er nog een uitbreiding met een vergaderzaal, keuken, archiefruimte en nog wat uitgebreider en moderner sanitair. Ook in 2017 wil men het sanitair weer uitbreiden. Dit zou echter wel ten koste van de werkplaats gaan. Daarom worden de plannen uitgebreid met een nieuwe werkplaats en botenberging. Ook nu slaan vrijwilligers de handen ineen. In het voorjaar van 2019 zijn de nieuwe voorzieningen gereed.

 

Heeft u nog afbeeldingen van zeilen en recreatie in Steendam of het Schildmeer, dan houden wij ons aanbevolen. 

 

Publicatiedatum: 27 juli 2020
Auteur: Rachel Hiemstra

Bronnen: