Hoogezand

Tot 1949 is Hoogezand (Gronings: Hogezaand) de hoofdplaats van de gemeente Hoogezand, die bestond uit de volgende dorpen en buurtschappen: Martenshoek, Foxham, Foxhol, Foxholsterbos, Borgweg (deels), Westerbroek, Waterhuizen, Kropswolde, Wolfsbarge, Nieuwe Compagnie, Kiel-Windeweer, Lula en Kalkwijk. De naam Hoogezand verwijst naar een hooggelegen plek in het veen, het Hooge Sandt. De bewoners van Hoogezand noemde men ook wel: Aanbraaide hozen, Poepen, Verrekkelingen, Boeskoolstronken, Koolstronken en Mousstronken.

Veenafgravingsgebied

Vanaf de 15e eeuw werd in de omgeving van Hoogezand veen afgegraven, maar in 1616 begon men met de systematische afgraving van het gebied. In deze tijd werd ook het Winschoterdiep gegraven. Langs het kanaal ontstonden nederzettingen, waaronder Hoogezand en Sappemeer.

Jeneverstokers

In de overgang van ambacht naar fabriek speelden de moutwijnbranderijen in Hoogezand-Sappemeer een belangrijke rol. Moutwijn vormde de basis voor het stoken van jenever, een populaire drank. Al aan het einde van de achttiende eeuw, in 1798, liet Rudolf van Swinderen (bewoner van de sierlijke veenborg Jachtwijk in Foxham) als jeneverstoker van zich weten. Meest bekend is de moutwijndestilleerderij van Pieter van Calcar, die in 1839 ontstond.


 De gist- en spiritusfabriek van Calcar aan het Heveapad, gezien vanuit vogelvluchtperspectief, met rechts daarvan het Kieldiep. Op de achtergrond links de Kerkstraat met het 'diaconiehuis', en het in 1867 gebouwde gemeentelijke tolhuisje.Foto: 1900, gist- en spiritusfabriek van Calcar aan het Heveapad met rechts daarvan het Kieldiep. Op de achtergrond links de Kerkstraat met het 'diaconiehuis', en het in 1867 gebouwde gemeentelijke tolhuisje.

De opkomst van de industrie

Vanaf de 19e eeuw groeiden Hoogezand en Sappemeer flink door de opkomst de industrie. Halverwege de 19e eeuw werd de aardappelmeelfabriek van Tonden gesticht. Hiermee begon de groei van de plaats Hoogezand, die het oorspronkelijk grotere Sappemeer daarmee voorbijstreefde. Rond 1869 werd de strokartonfabriek van Hooites en Beukema gesticht. Ook de bouw van kleine zeeschepen ontwikkelde zich en verplaatste zich langzaam richting Martenshoek. Nu kennen we o.a. nog Pattje en Bodewes.


 De strokartonfabriek Hooites-Beukema, aan het water gelegen. De fabriekspijpen steken erbovenuit. In het midden een groep (vermoedelijk) werknemers.Foto: 1915/1920, strokartonfabriek Hooites-Beukema aan de Fabriekskade, later Beukemastraat.

Uitbreiding van het dorp

Vanaf 1850 werd Hoogezand steeds groter. Tijdens de demping van het Winschoterdiep tussen 1960 en 1980 werd langzamerhand het hele gebied tussen de spoorlijn en het nieuwe kanaal volgebouwd. Er ontstond tevens een groot winkelcentrum in de wijk Gorecht-Oost, nu bekend als de Hoogemeeren. Hiernaast is nu het Huis van Cultuur en Bestuur gevestigd, waarin onder andere het Kielzog, het gemeentehuis, de bibliotheek en het Historisch Archief gevestigd zijn.


 De demping van het Winschoterdiep met verschillende machines zoals een graafmachine. Op de achtergrond huizen.Foto: 1967-1971, demping van het Winschoterdiep en aanleg van riolering ter hoogte van Hoofdstraat nr. 161. Rechts op de achtergrond grossierderij Bulder.

 

Publicatiedatum: 1 januari 2018
Auteur: Rachel Hiemstra